Even verloor ik mijn geduld: ‘Waarom luister je niet?! We gaan!’ riep ik. Ze keek me aan. ‘Papa’, zei ze, ‘Nu even stil zijn. Ik wil je wat vertellen.’ Ik zweeg, en luisterde. Ze legde uit dat je, om een echte zeemeermin te zijn, geen twee benen moet hebben, en dat ze daarom haar benen in die broekspijp wil doen. Het was een inkijkje in de belevingswereld van mijn 4-jarige dochtertje, dat ik niet gehad zou hebben als ze me gehoorzaamd had, in plaats van me te vragen even te luisteren.
Zou het niet mooi zijn als mensen in organisaties ook de ruimte, tijd, het geduld en/of de vaardigheden zouden hebben om beter te luisteren? Naar elkaar in vergaderingen, brainstorms en gesprekken. Naar een klant met een klacht of een bijzondere wens. Naar de werkvloer, als het erom gaat input te krijgen in een verandertraject, of over signalen over een onveilige werksfeer.
En hoe vaak wordt er niet gezegd: Er wordt te weinig naar de burger geluisterd?
Andersom lees je die verzuchting minder vaak: Waarom luisteren ze niet naar me? Bepaald geen zinnetje waar de gemiddelde leider – of organisatie – op zijn gemak mee naar buiten treedt, maar de stroom goedlopende boeken over effectief leiderschap en overtuigen laat zien dat die vraag op de achtergrond wel degelijk speelt.
Luisteren naar mijn dochter bleek ook een opening voor een echt gesprek: Ik kon haar uitleggen dat het te warm was voor die broek, en het zwembad te ver om erheen te hupsen. Dat je heel goed moet kunnen zwemmen om met alleen een staart boven water te blijven. Dat begreep ze. Van mijn kant begreep ik dat zij graag een zeemeermin wil zijn. We bereikten… een compromis: Ze gaat op zwemles, en daarna krijgt ze een echte zeemeerminstaart.
Luisteren dus. Een mooi onderwerp om eens uit te lichten in een themanummer.
Over Justin van Lopik
Justin van Lopik is werkzaam bij Managementboek en hoofdredacteur van Managementboek Magazine, platform voor business professionals.